Om half 8 was ik alweer wakker. We hadden afgesproken om om half 9 te ontbijten. Voor het ontbijt hadden we dus al volop tijd om alles weer in te pakken. Het heeft vannacht veel geregend, maar nu is het droog. Het was een lekker ontbijtje. Ze had zelfs een schaaltje met pakjes hagelslag en pasta en dergelijke. In het schaaltje zat ook een zilvervisje. Het adres had nog meer gasten dus was het ook even bij toerbeurt gebruik maken van de badkamer.
Al voor 9 uur waren we onderweg. Het was ongeveer 3 km fietsen tot we weer op de route waren. Het eerste stuk ging al flink omhoog. Een hardloopster wist ons geruime tijd voor te blijven. Tot we een stukje naar beneden kregen en toen waren we zo flink uitgelopen.
Het was wel een stevige uitdaging. Binnen de kortste keren had ik het al flink warm. Het was een mooie tocht door de natuur. Door de regen van de afgelopen nacht hing er soms nog een soort mist tussen de bomen, maar de zon scheen wel al volop. Dit was ook heel mooi te zien in de heide en in grassprieten en dennenbomen. Er hingen overal kleine druppels aan die schitterden in de zon als diamanten. We gingen ook de Posbank op. Dit ging wel vreemd. Frans zei dat het nog een flinke klim was naar de Posbank. We kwamen een paddenstoel waarop stond dat het nog 1,1 km was naar de Posbank. Toen we ongeveer 1,5 km verder waren stond er een bordje dat de Posbank 2,5 km terug was. We waren die anderhalve kilometer naar beneden gegaan en amper naar boven. De omgeving was wel flink veranderd, veel meer heidevelden en kale vlaktes met hier en daar een boom, terwijl de Veluwezoom vooral bossen waren.
Vanaf de Posbank ging de LF4b via een andere route naar beneden als alle fietsknooppunten. Het pad werd ook direct veel slechter van kwaliteit. Het ging af en toe echt heel hard naar beneden toe.
We kwamen vlak bij kasteel Rozendaal uit de natuur. Het park bij het kasteel was open. Er waren 3 fotografen druk bezig om het kasteel te fotograferen. Een fotograaf wees dat hij iets zag in het gras. De andere fotograaf ging op zijn buik in het natte gras liggen om te fotograferen. Ik was benieuwd wat ze aan het fotograferen waren. Er zat een pad in het gras. Toevallig had ik net daarvoor op het fietspad ook een heel klein padje gefotografeerd. Ik vond het niet nodig om op mijn buik in het natte gras te gaan liggen.
We fietsten weg bij het kasteel en moesten direct weer een pittig klimmetje maken. Het eerste stuk van de route was steeds goed gegaan, maar toen schoot bij Frans opnieuw de ketting van het tandwiel af. Gelukkig lukte het al weer snel om de ketting goed te krijgen.
Een stukje verder op de route waren we de A12 gepasseerd toen we opeens geen routebordjes meer zagen. We zagen dat we op weg waren naar routeknooppunt 48, maar die stond niet op mijn lijst van routeknooppunten, we zaten dus weer fout. Frans zei dan fietsen we wel even naar dat routeknooppunt toe om op de kaart te kijken hoe we wel moeten fietsen. Het is maar 600 meter naar dat knooppunt. Dat zal ook wel kloppen, maar het was wel 600 meter omhoog, de Galgenberg op. Ik wou nog tegen Frans zeggen dat we beter de andere kant op konden gaan kijken, maar hij was al weg. Ik had geen keus als weer steunend achter hem aan te gaan.
Vanaf dat knooppunt gingen we keihard naar beneden naar een knooppunt om weer op de route te komen. Toen we daar waren moesten we net 1 straat verder weer zo ongeveer dezelfde berg op om bij park Somsbeek te komen. Maar toen we daar waren wou Frans het park niet gaan bekijken, dus konden we weer hard naar beneden naar het centrum.
Gelukkig kwamen we toen wel bij een plaats waar we even een kop koffie konden drinken. Het was al half 12 en Frans wou nog even een supermarkt bezoeken voor we Arnhem weer uit zouden rijden. We hadden nog geen melk en broodjes voor onderweg en gingen weer een natuurgebied in. Er zat een Spar aan het plein, maar die had geen halve liter melk in de koeling. Er zou ook een AH zitten, maar die konden we niet vinden.
Wat we ook niet konden vinden waren routebordjes. Bij de Spar voor de winkel lag wel een richtingpaal plat. Uiteindelijk zag ik een routeknooppuntbordje nummer 29. Daar moesten we naar toe, maar toen we die weg ingeslagen waren, kwamen we verder geen bordjes meer tegen. Zo te zien waren er wel veel wegen vernieuwd en aangepast. Overal stonden verkeersregelaars met gele vestjes, maar ook die konden ons geen van allen vertellen welke richting we uit moesten. Frans zag een brug en wist dat we daar in ieder geval overheen zouden kunnen gaan om aan de andere kant de route weer op te pakken. Het was de John Frostbrug. Aan de andere kant van de brug zagen we eindelijk weer routeknooppunten. Maar die kant mochten we niet op omdat er een hardloopwedstrijd werd gehouden. De hardlopers kwamen er ook al aan. Gelukkig kwam er toen een agent aan die ons wel de goede kant uitstuurde.
We hadden nog geen boodschappen gedaan, maar waren gelukkig wel Arnhem uit eindelijk. Dit had veel tijd gekost en we hadden nog maar net 22 km gefietst. We waren vlak voor het stadje Huissen toen we de 1000 kilometer van deze vakantie overschreden. We besloten het te gaan vieren door op een terrasje een lekker broodje te eten. Toen we het stadje uit fietsten kwamen we ook nog een supermarkt tegen waar ik even fruit en een sapje kon kopen.
We staken met een pondje de Nederrijn over en daarna gingen we een hele tijd door de Pannerdensche Waard. We fietsten over een dijk. Rond 2 uur waren we bij het dorpje Pannerden. In de Pannerdensche waard werd volop gewerkt door shovels om een nieuwe rivierarm te maken. Hier wordt een groene rivier gemaakt wat een mooi recreatiegebied moet worden. Na Pannerden moesten we opnieuw met een pondje de rivier oversteken naar Millingen aan de Rijn. Hier moesten wij een soort pier op met de fiets om bij het pondje te komen. Deze pier had nog echte kasseien en fietsen was dus erg lastig.
Bij het pondje van Millingen aan de Rijn hebben we nog even een kopje thee gedronken. We hebben lekker zitten kijken naar alle boten die voorbij kwamen en het pondje wat op en neer ging. Het is nog de hele dag droog geweest, maar de wolken werden wel erg donker.
De tocht ging een heel eind door de Millingen Waard. Daar was vlakbij de theetuin een hele omleiding ingesteld. Volgens Frans was die omleiding er 2 jaar geleden ook al. We moesten in ieder geval een heel eind over hobbelige zandwegen fietsen. Gelukkig was het pad wel goed hard. Het was een mooi gebied om doorheen te fietsen, met veel plassen.
Toen we door de Ooijpolder fietsten begon het toch te regenen, met de eindbestemming van die dag in zicht moesten we toch nog enkele keren de regencape aan en uit. Het regende nooit lang en als het niet regent is het toch prettiger om de cape weer uit te doen.
In Nijmegen hebben we zo lang mogelijk de route gevolgd. Onder de Maasbrug kwamen we de stad binnen. We gingen langs de Maaskade en het station af. Daarna fietsten we langs het spoor af tot we bij de Sint Annastraat kwamen. Bij fietsknooppunt 17 waren we vlak bij onze dochter Vicky en daar zijn we naar toe gefietst. Voor de laatste overnachting op onze tocht geen Vrienden op de fiets adres maar heerlijk logeren in het appartement van Vicky. Vicky gaat zelf bij haar vriendin slapen.
Rond 5 uur waren we bij Vicky. Vicky heeft ons geholpen om de fietsen in de kelder te zetten. We hebben ze vandaag niet meer nodig. Frans en Vicky zijn naar de supermarkt gelopen voor boodschappen en in die tijd mocht ik al gaan douchen. Vicky had Zweedse gehaktballen met broccoli voor ons klaargemaakt. Na het eten hebben we nog een tijdje gezellig zitten buurten en een spelletje gedaan.